Sandra

Wat het met je doet als je ouders suïcidaal zijn

Worstel jij zelf met suïcidale gedachten of maak je je zorgen om iemand? Ga dan naar www.113.nl of bel 0900-0113 en praat erover.

Ik heb wel even twee keer nagedacht of ik daadwerkelijk over dit onderwerp zou gaan schrijven. Zou het te heftig zijn voor anderen om te lezen? Is het wel ok om hierover te praten? Toch ga ik het doen. Juist ook omdat ik het taboe omtrent psychische problemen wil doorbreken. Als ik dit onderwerp dan achterwege laat, dan zou dat niet kloppen. Er zijn namelijk veel mensen die met dit soort gedachten kampen en ook KOPP-kinderen kunnen hiermee te maken krijgen. In deze post wil ik vanuit mijn eigen perspectief schetsen hoe het is om te leven met ouders die suïcidaal zijn. Welke impact heeft dit en wat gaat er in je om als kind, maar ook als volwassene?

Als jong meisje met de dood geconfronteerd worden

Al vroeg werd ik als kind geconfronteerd met de dood. Mijn vader maakte vanwege psychische problemen namelijk een einde aan zijn leven toen ik zes jaar was. Voor zover ik weet was dit de eerste keer dat hij ook daadwerkelijk iets ondernam. Ik was nog erg jong toen het gebeurde en begreep dan ook niet precies wat er aan de hand was. Zo dacht ik bijvoorbeeld dat er iets met mijn konijn aan de hand was toen ik erachter kwam dat er iets heel ergs gebeurd was thuis. Zo zie je maar hoe het brein van een zesjarige werkt. Als jong kind heb je denk ik ook de ‘gave’ om gemakkelijker door te gaan na verlies. Het onderscheid tussen werkelijkheid en fantasie is namelijk ook niet geheel duidelijk. Wellicht dat ik lange tijd heb gedacht dat mijn vader gewoon ‘even op vakantie’ was. Na deze ingrijpende gebeurtenis heb ik ook rouwtherapie gevolgd bij een hele lieve mevrouw. In een blauw tekenblok met paarden erop tekende ik over papa, over ons gezin, over de dingen die we samen deden. De therapie vond ik erg fijn.

Moeder grijpt naar medicatie

Als je vader al is overleden door suïcide is het nog eens extra lastig als je daar met je moeder ook mee te maken krijgt. Mijn moeder’s borderline kenmerkt zich namelijk door suïcidale gedragingen. Op momenten dat het leven voor haar te zwaar was greep ze regelmatig naar haar medicatie. In totaal kwam het niet slechts een paar keer voor, maar eerder 1 á 2 keer per jaar dat ze teveel medicatie innam. Ze nam dan veel te veel pillen van verschillende soorten tegelijk in. Ik denk niet dat ze dood wilde, maar het was een actie vanuit pure wanhoop en pijn. Ze voelde zich door en door leeg en eenzaam. Ik kan me herinneren dat ik haar dan wel eens vroeg of wij – haar kinderen – het dan ook niet meer waard waren om voor te leven. Ik weet niet precies meer wat haar antwoord dan was, maar ik gok dat het niet positief was. Om dat te horen als kind, dat doet wat met je. Vaak ging ze als ze zoiets gedaan had naar bed en kwam ze er een halve dag later helemaal verward en traag weer uit. Het is gek, maar ik wende een soort van aan deze acties. Ik denk ook niet dat ik hierin een keus had.

Op een gegeven moment wist ik dat je wel echt heel veel medicatie in moest nemen wilde je er aan onderdoor gaan. Als ze na zo’n actie niet naar bed ging pakte ze soms de auto. Dat vond ik heel heel erg. Dan was ze dus dus niet meer in huis en dus ook niet meer in zicht. Toen ze eens met de autosleutels in haar hond stond vroeg ik haar angstig: “Mama waar ga je heen?” Ze zei toen: “Mama gaat misschien wel naar de hemel”. Mijn angst sloeg over in paniek en ik dacht aan alle mogelijke scenario’s met een slechte afloop, van een verkeersongeluk tot in het kanaal rijden. Gelukkig konden we haar deze keer thuishouden. Van alle keren is het een paar keer wel echt uit de hand gelopen en waren er ook hulpdiensten bij betrokken. Gelukkig is het dusver altijd ‘goed’ afgelopen.

Is ze nog wel ok? Waar gaat ze heen?

Het traumatische aan deze ‘pogingen’ is mijn broertje en ik hier wel eens bij waren. Dan nam ze voor onze neus teveel pillen in en gaf ze aan dat ze dood wilde. En om eerlijk te zijn, ik neem haar dat ook wel kwalijk, want dit soort momenten blijven nu voor altijd op mijn netvlies gebrand staan. Als het weer eens zover was en mijn moeder erna in bed lag, moest ik gewoon mijn huiswerk doen of naar school. De gedachten waar je dan mee geconfronteerd wordt als kind zijn bizar. Ik ging dus gewoon naar school maar vroeg me oprecht af of mijn moeder nog ‘ok and alive’ zou zijn als ik thuis zou komen. Nog meer onzekerheid en stress had ik als mijn moeder de auto pakte. Waar ging ze heen, kwam ze nog wel terug? Levensgevaarlijk natuurlijk. Door deze gebeurtenissen raakte ik een lange tijd ook in de stress als ik zag dat ik op mijn mobiel werd gebeld door ons huisnummer. Was er misschien slechts nieuws over mijn moeder? Nog steeds heb ik dat als mijn broertje of stiefvader me belt. Omdat ze me normaal gesproken nooit bellen denk ik meteen dat er iets ergs is gebeurd. Jammer genoeg konden we in ons gezin nooit over dit soort heftige gebeurtenissen praten. Het zou heel fijn geweest zijn als mijn moeder ons, nadat zoiets gebeurde, even apart nam om te praten. Of iets in de vorm van een excuus. In plaats daarvan moesten wij maar gewoon verder alsof er niets gebeurd was.

De angst houdt nooit op

Nee de angst houdt nooit op. Ik heb daarom ook bewust afstand genomen van mijn moeder omdat ik het gewoonweg niet meer kon dragen. Mijn draaglast werd groter dan mijn draagkracht zou je kunnen zeggen. Als haar pogingen nu nog eens voorkomen is er een grote kans dat ik er niet vanaf weet. Dit betekent echter niet dat de angst ophoudt. Al meer dan eens heb ik het scenario afgespeeld in mijn hoofd wat er gebeurd als ik wél dat ene telefoontje zou krijgen. Hoe zou ik reageren? Hoe moet ik dan verder? Ook blijf ik suïcide en de dood moeilijke en gevoelige thema’s vinden. Zo kan ik bijvoorbeeld niet kijken naar voorbijrazende treinen op stations, ook al is dit niet de manier waarop het gebeurd is met mijn vader. Ik krijg rillingen als ik ernaar kijk. Ook als suïcide voorkomt in films schrik ik daar van. Zo dacht ik vorig jaar leuk naar de film ‘A Star is Born’ te gaan. Ik wist niet dat een personage in de film een einde aan z’n leven zou maken, anders was ik er zeker niet heengegaan. Het zien van zulke scènes brengt zoveel negatieve emoties met zich mee die ik vervolgens niet 1,2,3 kan loslaten. Ik ga ze liever uit de weg.

Al met al zal ik deze nare herinneringen nooit vergeten. Kinderen zouden dit nooit moeten meemaken natuurlijk: ouders in pure wanhoop, in een wereld die zwarter dan zwart is … ik kan me dat haast niet voorstellen. Bij zoiets denk ik alleen maar dat we nog een beetje meer voor elkaar moeten zorgen.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *